Genese
Laten we weer bij het begin beginnen
toen we de woorden niet kenden en duidden
en de dingen waren zoals we ze ondergingen;
toen spraak en afspraak niet de maat van geven
berekenden naar kans van overleven,
toen niet bezitten
maar bezit zijn
veiligheid was.
Laten we weer bij dat begin beginnen
en samen worden
zonder woorden
een taal.
Optiek
Ik ben het kind
dat door een verrekijker
sprakeloos de ander ziet
als van dichtbij –
maar een woord dat ik vind:
jij
keert de kijker om.
Paradoxen
De werkelijkheid is waar,
de waarheid een verdichtsel.
Ieder verdicht de werkelijkheid
tot zijn waarheid:
in woorden – geschreven, gesproken –
in schilderijen, beeldhouwwerken,
gebaar of muziek gestoken.
En soms gewoon in stilte.
Mijn waarheid, dat ben ik:
ze spreekt in wat ik dicht
voor zich; in wat zich om haar spreidt
– dat is de werkelijkheid –
verlies ik mijn gezicht,
hoewel ik anders wilde.
Alleen bij jou, buiten en binnen kijf,
verlies ik niets, maar vind iets wat ik ken;
hoe dichter ik bij jou ben,
dichter dan ook bij mij.
Ik vind er niet het woord voor,
stuit zoekend op verwijt,
maar weet in wat ik zeg en hoor:
zo schelden wij elkaar
de twijfel en de onmacht kwijt.
Kern
Als zoeken naar een bril
die men op heeft
(en juist dat feit
maakt zoeken zinvol
en zinloos tegelijk)
is zoeken in liefde, boeken, baan
naar leven:
hart van een bestaan.
Liefhebben
Koorddansen op de grenslijn
tussen hemel en aarde,
waar streling pijn
en hoop vaak wanhoop baart;
waar een gezicht mij toegewend
naar vreemd vertrouwdzijn neigt
en menselijk niet of wel gekend
in wezenlijk herkennen zwijgt.
Taaloverdracht
Weet je nog hoe je vroeger als kind dacht:
je legde je handen over je oren
om het ruisen van de zee te horen.
Laten we nu dan bij hevige windkracht
onze handen langs elkaars oren leggen
om te horen wat we dan eigenlijk zeggen.